Reeds in het ancien regime kende men armenzorg (dis) en vanaf 1925 openbare onderstand (C.O.O.) Deze instellingen waren voornamelijk gericht op financiële ondersteuning van behoeftigen. Vanaf 1976 wordt deze dienst OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn) genoemd en krijgt ze een bredere maatschappelijke invulling. Men probeert ook drempelverlagend te werken. Dienstverleningen als poetsdienst, maaltijddienst en klusjesdienst verruimen het aanbod. De raadvergaderingen werden voorheen in het gemeentehuis gehouden. Door het groter aanbod aan diensten werd ook geijverd om een eigen dienstencentrum uit te bouwen. Voorzitter G. Dejonghe droomde van een dienstencentrum in de Viameub gebouwen (nu BPost), in de voormalige onderpastorie langs de Moerestraat werd een tussenoplossing gevonden om later naar het huis Magnificat van dokter Etienne Proot te verhuizen.

Aan de gevel van de voormalige onderpastorie zien we de dames van de poetsdienst met centraal Bertje van de klusjesdienst.

zittend: Erna Roose, Dina Dupont, Albert Devriese, Marleen Walyn, Mariette Alleweireld

staand: Carine Defraeye, Linda Vermeersch, Marie-Thérèse Dupan, Linda Nouwynck, Linda Schoonvaere, Rosa Vandesonneville, Veronique Allemeersch, Katrien Devreker, Magda Devriendt