Marie-José Formesyn stelt op het hobbyfestival haar karakterpoppen tentoon.

Op die poppen zien we alle gaven en gebreken; vandaar de naam karakterpoppen. Ook de gemoedsgesteldheid van de kunstenares komt duidelijk tot uiting in haar werk waardoor je kunt uitmaken of zij vrolijk of droevig was op het moment dat ze een bepaalde pop ontwierp. Gewone ijzerdraad vormt de basis van de pop. Kop, handen en voeten worden geboetseerd in zelfdrogende klei of klei die gebakken wordt in de oven. De kledij wordt vervaardigd uit oude kleren van moeders van voor de oorlog tot buurmans versleten werkbroek. Schoenen worden gemaakt uit leer van oude handtassen en voor het vervaardigen van klompjes staat haar man in.