Dit Frans artikel werd integraal vertaald door Bernard Lootens
Woensdag 11 april 1962, negen uur. Hoe kom ik in godsnaam op deze herfstige dag in dit verloren West-Vlaams gehucht op een begrafenis van een 28-jarige man.
Ik ken ze niet en zal ze nooit kennen deze Georges Vanhooren, zijn treurende jonge vrouw noch zijn wenende vader. Georges Vanhooren had de ganse dag in het fabriek gewerkt. Het was vrijdagavond en hij bracht zijn loon mee naar de jonge vrouw die hij enkele maanden eerder huwde. Schrijlings op de duozit van een bevriend motorijder was Vanhooren ongetwijfeld goedgeluimd. Te Zedelgem, op enkele kilometers verwijderd van De Mokker (een wijk van Koekelare) zoeft de moto vrolijk door de wind langs een kaarsrechte weg. Plots gebeurt een drama. Een stuurloze wagen komt zigzaggend op hen af. Het geluid van indeukende carrosserie, een loeiende motor: de twee mannen liggen op de grond. De motorijder, André Schoonvaere kreunt, zijn bijzitter is dood.
Uit de wagen stapt een versufte man met een wazige blik. Het toegesnelde volk herkent onmiddellijk burgemeester Joseph De Meersman, een gekend figuur uit het naburig dorp Ichtegem. Omstaanders bellen een dokter, een priester en de Rijkswacht. Terneergedrukt in een hoekje herhaalt De Meersman steeds weer: ‘ik weet niet hoe dit is kunnen gebeuren’. Wanneer de gendarmen bij hem komen is de dranklucht onmiskenbaar. Terwijl de slachtoffers afgevoerd worden neemt men een bloedstaal van De Meersman. Nog dezelfde avond wordt hij gevangen genomen.
Nee, ik wil het hier niet hebben over rijden onder invloed, noch over de benevelde geest van de beschonkene of de grote verantwoordelijkheid van hen die zatlappen laten sturen. Hier wil ik het hebben over de omstandigheden waardoor Mr. De Meersman, reeds eerder besproken in Europe Magazine, een moordenaar is geworden. Iets minder dan twee jaar geleden - 18 mei 1960 om precies te zijn – sprak ik hier voor het eerst over de burgemeester van Ichtegem, Joseph De Meersman. Hij was één van de personen die van de elektriciteitsleverancier een “studiereis” naar Sicilië aangeboden kreeg om zich te verdiepen in de gas- en elektriciteitsproblemen in de Grieks-Romeinse tijd…Het artikel begon als volgt: ‘Op het tarmac van Brussel - Nationaal begeven 10, door de champagne van Sabena goed opgewarmde heren, zich naar het vliegtuig voor Milaan. Daar zullen ze aankomen op tijd voor het aperitief. Na een stevige lunch stijgen ze opnieuw op. Na een korte tussenstop in Rome komen ze op tijd voor de avondborrel in Catane. Champagne-welkomst in Brussel, aperitief en wel overgoten lunch in Milaan, avondborrel in Catane , alcohol is prominent aanwezig maar geloof me dit is geen toeval… En het was geen toeval dat Mr. J. De Meersman dronken was op 6 april. Samen met andere burgemeesters uit de regio was De Meersman uitgenodigd bij B.M.G.E. een filiaal van Gazelec, stroomleverancier aan Inelgaz. Deze heren, waarvan meerdere hadden deelgenomen aan de snoepreis naar Sicilië, waren te gast in het kantoor van B.M.G.E. in de Hoogstraat 28 te Brugge. Deze burgemeesters, als vertegenwoordigers van een intercommunale (WVEM), waren niet tevreden over de stroomleverancier. In de regionale pers en van uit Vlaams nationale hoek (Volksunie) was er geregeld kritiek op de stroomleverancier die in handen was van francofone Brusselaars. Bovendien werd de intercommunale voortdurend door B.M.G.E. voor voldongen feiten gesteld bij reorganisatie van de exploitatie. De burgemeesters vreesden stemmenverlies. Om een open conflict tussen gemeenten en elektriciteitsleverancier te vermijden werd naar een oplossing gezocht. Enkele mandatarissen werden op de raad van bestuur uitgenodigd om de besprekingen bij te wonen en er passend gevolg aan te geven. De burgemeesters, vooral zij die geen bestuursfunctie werden toebedeeld, waren terughoudend, zij vreesden stemmenverlies, tegenstand van de oppositie of waren bekommerd om het belang van hun burgers. Om de gemoederen te bedaren werd rijkelijk met whisky geschonken. Het was immers tijd voor het aperitief en van discussiëren krijgt men dorst. Voor het middagmaal werd een van de beste restaurants van de kust uitgekozen. Opnieuw aperitief, beste wijnen, sigaren en pousse-café a volonté. De weerstand van de burgemeesters tegen de maatschappij nam af naarmate hun glazen leger werden. M. Joseph De Meersman bleef niettemin terughoudend, schuddend met zijn stierennek bleef hij zeggen: ‘neen dat gaat niet…’ De directie van B.M.G.E. nam de Ichtegemse burgemeester mee naar hun kantoren om nogmaals bij een glas whisky te proberen om hem te overtuigen. Of dit gelukt is weet ik niet , wat ik wel weet is dat de burgemeester niet meer in staat was om te beslissen of om zijn wagen te besturen. Hij deed het toch met de gekende gevolgen.
Het parket onderzoekt de omstandigheden waarin De Meersman zo dronken is geworden. De zaak zou niet beperkt mogen blijven tot een tenlastelegging van de ene of andere restaurateur die alcohol heeft geschonken aan iemand die zichtbaar te veel had gedronken. Een wet die trouwens dagelijks duizenden keren overtreden wordt en volgens het sociaal aanvoelen geen bestaansrecht meer heeft. Justitie zou moeten ingrijpen bij de echte schuldigen. Zij die vandaag hun handen in onschuld wassen en verzekeren dat zij dit niet hebben gewild en niet konden voorzien. Hun schijnheiligheid is doorzichtig, hun aanbod tot schadevergoeding zal de woede van de publieke opinie niet sussen. Het is om dit te kunnen verkondigen dat ik het barre weer en de koude heb getrotseerd op dat kerkhof in Koekelare. En ik dacht aan de gebroken toekomst van die burgemeester en aan die van André Schoonvaere, die misschien nooit meer over zijn volle krachten zal beschikken. En terwijl men het stoffelijk overschot van Georges Vanhooren begraaft zou ik op het graf een kruis willen bij plaatsen met daarop: ‘Gestorven voor een contract’ .
Europe Magazine jg.19, nr. 880, p. 22-23, 18-24 april1962
Europe Magazine
Een misdaadverhaal
Koekelare
Zedelgem
Vanhooren Georges, Schoonvaere André, De Meersman Joseph, Lootens Bernard