Het tramstation met links, langs de Stationsstraat, het huis van de chef en meer naar binnen toe, het wat vooruitspringend wachtzaaltje.
Verder zien we spoorwissels en een verkeerspaal, die in het Vlaams (Nederlands) en het Frans formeel verbod op de sporen te circuleren. Vooraan een loper, waarover de koeien in de 'beestenwagen' werden gedreven. Het strookje kalsijde is niet de Kleine Stationsstraat, doch binnen de omheining de inrit voor camions, die in de goederenwagens moesten laden of lossen.
Het gedeelte van de stelplaats tussen het wachtzaaltje en de verkeerspaal doet nu dienst als garage voor de lijnbussen; de rest ervan heeft andere bestemmingen gekregen, hangt niet meer van het station af.