Het Koninklijk Handbooggild Sint-Sebastiaan gaat er prat op de oudste vereniging van de stad Torhout te zijn. De stichtingsoorkonde en geloofsbrief werd door graaf van Vlaanderen Filips de Stoute op 10 juli 1384 verleend. Enkel weerbare en gegoede mannen - door de stad aangeduid - maakten deel uit van het gild. Naast ontspanning bestond hun opdracht erin de stadspoorten te bewaken en politioneel op te treden bij ongeregeldheden. Het bekwamen in het hanteren van boog en pijl gebeurde op de eigen terreinen, genaamd het Gildhof, gelegen aan de huidige Beerstraat. Op de feestdag van hun patroonheilige volgde wat vertier met een processie naar de kerk, een gildemis, de papegaai -of koningsschieting en een afsluitend banket. Enkel bij deze gelegenheid werd op een aldaar opgestelde staande wip naar de op de top bevestigde zogenaamde papegaaivogel geschoten. Gedurende de Franse Revolutie, meer bepaald in 1796, werd het gild afgeschaft en de gildegoederen als nationaal goed verkocht. Na 1809, gedurende de Napoleontische tijd, herrees de handbooggilde als zuivere recreatieve vereniging. Sindsdien wordt nog enkel op staande wip geschoten.

Op het jaarlijkse Gaeyfeest of Sint-Sebastiaansfeest worden telkenmale ook de 'verdienstelijke schutters gehuldigd. Op zondag 11 juni 1989 vielen Henri Rogiers, Marcel Denolf en deken Jozef Nolf in de prijzen. De feestelijke dag begon traditioneel met een ontvangst op het stadhuis. Uit handen van burgmeester-senator Roger Windels ontvingen deken Jozef Nolf en gildebroeder Marcel Denolf de zilveren medaille voor 25 jaar lidmaatschap. Henri Rogiers werd voor zijn 50 jaar lidmaatschap de gouden medaille. Jaques Dragon, afgevaardigde van de Koninklijke Bond der Belgische Wipschutters overhandigde op zijn beurt de bondsmedaille 50 jaar schutter aan Henri Rogiers. Na toespraken van hoofdman Paul De Smul en schepen van sport Oswald Bossuyt werd deze zitting afgesloten met een drink. Na de feestdis in Hotellerie Het Gravenhof volgde nog een feestelijke schieting op het schuttersterrein.