Lenaart-Lodewijk De Bo werd geboren te Beveren-Leie op 27/09/1826 als oudste van een landelijk gezin. In het college van Tielt ontpopte hij zich als een redelijk goed student, als een strijdend Vlaming, als een grote natuurvriend en hij kon zijn gevoelens in fijne bewoordingen en vloeiende verzen uitdrukken. Hij werd tot priester gewijd op 15/03/1851 en werd professor van de Retorika-klassen aan het Sint Lodewijkscollege in Brugge.
In 1884 werd hij Deken te Poperinge, waar hij overleed op 25/08/1885. Zijn grafmonument werd door het Davidsfonds geschonken in 1887.
Hij dichtte op een volkse manier over natuur en mensen. Meer naam heeft hij behouden als woordenzanter. Zijn lijvig "West-Vlaams Idioticon" bevat in alfabetische volgorde niet minder dan 35.000 woorden en gezegden, alle zuiver West-Vlaams, met daarbij de synoniemen, uitleg en gebeurlijke afkomst uit oudere talen. Hij kreeg daarbij de hulp van Guido Gezelle en Hugo Verriest.
Hij was ook een grote vriend van de natuur. Van zijn hand verscheen het "Kruidenboek" waarin hij niet minder dan 4.500 namen van planten en kruiden verenigde met hun uitleg, wetenschappelijke naam en eigenschappen.
Het Wekelijks Nieuws
Huldiging Deken De Bo
Poperinge
Poperinge
V.T.B. en V.A.B.
De Bo Lenaart-Lodewijk, Gezelle Guido, Verriest, Dofsel Lode, Verriest Hugo, Van Cauwelaert Frans., Borms, Claes Ernest, Devloo Luc, de Sagher, W. Van Overstraeten J. Demedts ,